Toonladder

of we niet een keer wat klassieke muziek
wilden luisteren, ze zou voor ons spelen
we stemden in, jij eerder terughoudend

we rolden je met bed uit de kamer naar
een zaaltje met gele muren, een boekenkast
waaruit je nooit wat zou lezen, een vleugelpiano

ze speelde Chopin, je bedankte
niet eens wetend dat Frédéric zijn voornaam was
nu dan een stukje Mozart, het wonderkind

de noten stemden de kamer, je
ogen vielen dicht, een nakende
finale op do en fa kruis ingezet

was het een vorm van geluk dat
de klanken me doof maakten
voor wat komen zou