Zaterdagochtend, een voetbalveld in een Vlaams-Brabantse gemeente net buiten de top 10 van rijkste gemeenten in Vlaanderen en waar men desondanks dat statuut slechts 614 opcentiemen gemeentebelasting betaalt. Het is er lustig toeven. Maar had ik vooraf geweten welke verschrikking mij te wachten stond, was ik niet er niet naar afgezakt.
Een van de langste hittegolven ooit heeft eindelijk de duimen gelegd tegen de wolken. De dagen voordien hadden ze hun onvrede met de opwarming van de aarde uitgebraakt in stevige onweders, waardoor het rossige gras is weggeëbd en de meeste pelousehouders alweer vergeten zijn dat er überhaupt een groot probleem door de hemelen dwaalt. Ze zitten opnieuw voor hun tv, want in de Jupiler Pro League is de bal ook zonder publiek weer vlotjes aan het rollen gegaan.
Ik denk dat Kompany zich daarom tot coach van Anderlecht heeft gekroond: zo heeft de competitie haar grote verhaal voor dit jaar beet, elk weekend gejubel en gebash verzekerd. Eleven Sports, Telenet, Proximus, Vier, Frank Raes en om een nog onduidelijke reden ook vtm 1 tot en met 38 zijn hem nu al eeuwig dankbaar.
Dit seizoen is ook mijn jongste gestart met shotten, naar het voorbeeld van zijn twee jaar oudere broer. Als je mijn kinderen samen met twintig andere bengels op een willekeurig rijtje zet en een even willekeurig iemand vraagt er de sportievelingen uit te halen, dan garandeer ik je dat die persoon mijn oudste wel en mijn jongste niet selecteert. De eerste heeft de lichaamsbouw van een junior Jerom, de andere is een pluimpje met disproportionele ledematen en een hoofd dat in de wolken zit zelfs wanneer de hemel egaal blauw is. En voor u denkt, “Da’s dan duidelijk”, wil ik u als jonge ouder zijnde graag het volgende advies meegeven: schrijf je kinderen niet te snel af, medeoudergenoten, ze vinden altijd wel iets om je mee te verbazen.
Het is de zaterdagochtend van mijn jongste zijn tweede voetbalwedstrijd, de eerste die ik kan bijwonen. Ik was aangenaam verrast. Het sportieve beeld dat ik van hem had werd positief ontkracht.
Zijn drie voornaamste kwaliteiten als voetbalkuiken tot dusver en in volstrekt willekeurige volgorde: het instinctief naar buiten draaien met de bal om vervolgens de flank af te lopen, zijn hoofd de helft van de tijd in de wolken te steken om toch plots op de juiste plaats te staan om de bal over de lijn te werken, en voldoende rust nemen langs de kant. Kinderen mogen onbeperkt wisselen, dus waarom daar geen gretig gebruik van maken?
Die ochtend zou er nog een tweede denkbeeld aan diggelen gaan. En ook hier zat mijn jongste –ongewild – voor iets tussen. Tijdens een van zijn talrijke rustpauzes ging ik voor mijn zoon door de knieën om hem goede moed in te praten. Terwijl ik hem knuffelde, nestelde een schalkse wesp zich geruisloos tussen onze omhelzing. Ik zag ze met haar angel in mijn linkerarm friemelen voor ik de pijn goed en wel gewaar werd.
Misschien heb ik doorheen de jaren een dikker vel gekregen, maar een wespensteek doet betrekkelijk weinig pijn. Dju toch.
Mensen die mij van jongs af aan kennen, weten dat ik met een hemelse schrik voor die gestreepte mormels door het leven wandelde. En vaak ook liep. Wat Theo Francken ook moge beweren, geel-zwart is niet het doembeeld voor 2024. Neen, al van in 1994 was het dat van mij.
Ik was 11 toen ik mijn tweede en laatste wespensteek kreeg. Ik kan de beelden nog perfect afspelen, net zoals ik dat kan met waar ik me bevond op 9/11 of 11 maart 2016. Ik geef het maar mee zodat u het naar waarde kan schatten. Het was een zomerse vrijdagavond, we waren op bezoek bij mijn grootouders, ik voelde iets kriebelen op mijn rug, stak mijn rechterhand in de kraag van mijn hemd… en kreeg een flinke steek in mijn handpalm. Met flink wat brullend gehuil tot gevolg.
Nagenoeg mijn hele jonge leven heb ik gesleten met een grootse schrik voor wespen. Op broeierige barbecues – toen ook al met sausjes van D&L – vond je mij met m’n drie stukken vlees binnenshuis van zodra er buiten een daltonmormel de boel kwam verzieken. Zo geschiedde het lange tijd, maar ik moet zeggen, de laatste tien jaar ging het steeds beter. Dat dikkere vel zal toen beginnen groeien zijn. Ironisch genoeg vierde ik mijn hoogtepunt exact een week voor die bewuste zaterdagochtend. Eveneens op een bbq kwamen er plots vijf wespen aandraven en ik slaagde er zowaar in te blijven zitten.
Terug naar die zaterdagochtend. ‘Is het dat maar?’ was het eerste dat door mijn hoofd ging toen ik de wesp nakeek, haar onwetende tocht verder zettend. ‘Heb ik me dáár zo lang zo druk om gemaakt?’
In onze hoofden maken we dingen vaak groter dan ze echt zijn.
Drie dagen later hoor ik op de radio dat Vlaamse YouTubesterren doodverwensingen rondbazuinen uit jaloezie over hun aantal volgers en dat Messi nooit uit Barça weg kan omdat zijn afkoopsom 700 miljoen euro bedraagt. Ik hoop nu al dat een oliesjeik dat bedrag neerlegt en de wereld nog meer verziekt. En dat we ons daarna collectief burgerlijke partij kunnen stellen tegen zo’n monsterlijke wandaad. En dat die sjeik dan gedwongen wordt om het dubbele van dat geld in rosse frankskes in de gapende kloof tussen rijk en arm te gieten.
Diezelfde avond laat lees ik nog dat Greta Thunberg gewoon weer teruggaat naar school. De pelousehouders liggen ondertussen al lang onder de wol. De woorden van een tweetend Lubbeeks burgemeester van eerder die dag schieten door mijn kop…
“Waar is het toch misgelopen?”