vanuit de trein het raam rechts
twee schapen langs een laag witgekalkt huis
ze wachten tegen een poort
op toestemming nee
geen poort een stel houten balken
en een gat, gapend
het eerste heeft haar poot al opgetrokken
klaar om het beloofde land te betreden
het order blijft uit
haar aanstalten ongehoord
valt ze in een pasvorm
niemand houdt ons tegen
maar bewegen doen we niet